De Columnist

Jan Koopmans


 
Jan's stukkie
Week 26
 

Tussenwater zinkt

Je maakt wat mee als je in Hoogvliet woont en er ook nog redelijk bekend bent. Naast het vele groeten van mensen die je kennen en denken je te kennen is het een verademing om door ons ‘durp’ te lopen, overal is wel wat te zien. Grappig genoeg begint bijna iedereen over dit ‘stukkie’, wat u nu dus ook weer zit te lezen. Collega Joop, van die andere krant, u weet wel, doet het ook lekker hoor, maar de meeste mensen vinden hem te scherp. Ik vind dat niet, scherp kan nooit ‘te’ zijn, want wat zo is, is ook zo. Toch zag ook Joop vorige week even het licht want hij had een column gemaakt met humor. Het mot niet gekker worden! Maar goed, dat terzijde want zo hebben we ieder onze taak binnen het Hoogvlietse. Maar het feit dat iedereen me aanspreekt op mijn columns, gelukkig vrijwel altijd positief, doet me een beetje verdriet, want ik doe toch niet alleen maar dat ene stukje? Maar ook daar lig ik niet meer van wakker, ik schrijf nu al vanaf mijn achttiende en heb heel wat woelige wateren al of niet met erkenning doorzwommen. Onderwerpen verzinnen voor de column was vaak het vervelendste, het schrijven zelf gaat vanzelf. Heel vaak komen mensen aandragen met onderwerpen, maar meestal kun je er niet veel mee of is het iets dat al de revue heeft gepasseerd. Deze week is het eigenlijk net als bij Joop, ook hij wist bij de eerste regel nog niet waar zijn epistel over zou gaan, ik ook dus ook niet. Ik had kunnen schrijven over mijn wijk Tussenwater, de wijk die nu nog tussenwater ligt maar als het zo doorgaat meer onder water komt te liggen. De verzakkingen hier gaan zo snel dat je na een dag winkelen niet weet of je per auto of boot naar huis moet gaan. We wonen hier nu een jaar of vier, of is het alweer vijf, om de paar maanden moet ik de tuinafzetting weer ophogen door er een paar straattegels onder te persen, inmiddels zitten er meer in de grond weggezakt dan dat er in het trottoir liggen. Ik zie op mijn bewakingscamera elke dag de sierkers en appelboom naar de onderzijde van het scherm zakken, hier is geen beginnen meer aan!
Laatst maakte mijn eega nog een dubbele salto met achterwaartse schroef omdat het tuinpad voor de deur was vertrokken naar de Australische eilanden. En dat terwijl mijn eega nimmer op turnen heeft gezeten, sorry Larissa. Nog een geluk dat de lantarenpalen meezakken want anders zou je dat lichtpuntje aan de hemel  gaan aanzien voor een nieuwe planeet. Ophogen heeft ook weinig zin, dat heb ik in de tuin al zo vaak gedaan dat de grondprijs hier is vertienvoudigd. Maar goed, er zal vast wel een tijd komen dat in ieder geval de openbare ruimte weer word opgehoogd, de tuinen doen we als Tussenwaterraars wel zelf. Als dan onze portefeuillehouder meteen een paar potten witte verf en wat vrijwilligers optrommelt dan kunnen ook eindelijk de parkeervakken eens worden aangelegd. Want zonder die simpele lijnen parkeren sommige mensen zodanig dat één voertuig de plaats inneemt van een hele colonne leopard tanks. Dat ophogen is trouwens ook belangrijk voor de verkeersdrempelfetisjist, want nu verdwijnen die gezwellen als sneeuw voor de zon in de bagger van Tussenwater. Ja want overal waar geen bussen (meer) rijden verschijnen deze drempels, waardoor het veiliger wordt, want men kan dan minder hard rijden als automobilist, de brommers scheuren ondertussen wel even over de stoep. Moraal van het verhaal: laat het openbaar vervoer verdwijnen want het komt de veiligheid ten goede. Maar goed, ik zou niet over Tussenwater schrijven, dus doe ik dat ook niet. Heeft u iets leukers om over te schrijven? Zal best, maar ik geloof u niet.

Jan Koopmans







Stichting Hoogvliet Digitaal
www.hoogvliet.org