Week 30 | ||
eerdere columns: Weekblad Hoogvliet Maaspost Radio Overige |
Peentje
eten Wat je niet weet zul je ook
niet missen. Een oeroude uitdrukking met een waarheid als een koe, of koei
voor de Rotterdammers. Daar moest ik vorige week aan denken toen ik bij
Speelwereld even aan een tafeltje zat bij te komen met een glaasje ranja.
Een medewerkster deelde peentjes uit en menigeen begon op dit groenvoer te
knagen, een konijn was er niks bij. Mijn gedachten dwaalden af naar mijn
geboortedorp, iedereen had daar een groentetuin en haast was er slechts als
er ergens brand was. Bij mijn ouders in de gang hing een zwarte wandtelefoon
met als abonnee nummer 17, we waren één van de weinigen die telefoon
hadden destijds. We misten de GSM niet want die bestond (gelukkig) nog niet.
Als het ding rinkelde, ja dat deden ze toen, dan renden mijn ouders
onmiddellijk de gang in om de zware hoorn op te nemen, wie het eerst was
hoefde niet de afwas te doen. Wij, de kinderen, haalden het niet in het
hoofd om de hoorn op te nemen want telefoon was voor volwassenen en niet
voor pubers. Net als de radio, een markant apparaat bestaande uit twee
delen, een ontvanger en een versterker, wij mochten er op zondag wel eens
naar luisteren maar nooit aankomen, de rest van de week maakte je zelf
muziek op een blokfluit, gitaar of ukelele. We misten de computer niet omdat
hij niet bestond. Was dat dan niet saai? Nee, dat was het niet want je miste
niks in je leven, we vermakten ons met wat er wel was, een paar lege blikjes
en een vliegertouw waren onze intercom en als we daar op uitgekeken waren
werden het blikjes onder je voeten met een touwtje zodat je groter werd. Het
kruidentuintje was niet voor de hobby maar puur omdat het heel gewoon was
dat je zelf de smaakvolle kruiden kweekte voor je prakkie. Wij hadden al
butagas maar menigeen stookte nog op turf of briketten, je miste de
magnetron of inductieplaat niet omdat die niet bestond. Gek dat je daar aan
denkt als je bij Speelwereld op een bankje zit, zou ik oud worden? Mijn
vader was aannemer en nog een heleboel meer, hij zaagde planken met de hand
en klom gammele ladders op om dakpannen te leggen, hij miste de machines en
de hoogwerkers niet omdat die niet bestonden. Op Speelwereld zag ik een
palenhut van de scouts en begreep toen dat sommigen toch nog terug denken
aan de tijd dat er niets bestond waar je naar kon verlangen. Speelwereld is
een beetje van beide wat, oud en nieuw. Moderne opblaasbare attracties naast
het ouderwets broodbakken. Radiobestuurde vliegtuigjes naast een
handgemaakte palentoren, contrasten alom. Jan Koopmans |